Activiteiten Oman met kinderen

 

Oman is een fantastisch land om te bezoeken, voor het héle gezin. Spelen / zandsurfen of met een jeep scheuren in de woestijn, heerlijke stranden, eeuwenoude cultuur (’t land van Sinbad de zeeman), prachtige ruige natuur, mooie oases waar je kan zwemmen én één van de weinige plekken op aarde waar vele schildpadden jaarlijks hun eitjes komen leggen (waar je heel dicht bij kan komen). Kortom; stap op het vliegtuig! Oman laat zich het beste bezoeken in de winter, het vroege voorjaar of het najaar. Waarom? Omdat het in de zomer snikheet is! Wij bezochten Oman in februari, toen het heerlijk warm was en de drommen toeristen nog thuis zaten. Oman is dus ook een mooi alternatief voor de wintersport vakantie. Hieronder een weergave van de activiteiten die wij ondernamen gedurende onze reis door dit bijzondere land (en like onze facebookpagina).

Forten van Oman

Oman staat bekend om haar schitterende eeuwenoude forten. Bijna elk dorp heeft er één! De forten dienden in vroegere tijden als verdediging en vrijwel iedere stad werd door een fort beschermd. De forten liggen meestal op strategische plaatsen, waarlangs routes lopen (zoals de vroegere handelsroutes). De mooiste forten zijn (verspreid over Oman):

• Muscat; Jalali en Mirani fort
• Bahla fort (in de buurt van Al Hamra)
• Nakhal fort
• Jabrin fort (goed te combineren met Al Hamra)
• Rustaq fort
• Nizwa fort
• Sohar fort

Plan je rijroutes zo, dat je minimaal twee van deze forten kunt bezoeken. Het is het meer dan waard!!

Muscat

Deze oude stad, de hoofdstad, strekt zich zo’n 25 kilometer langs de kust uit en bestaat uit een aaneenschakeling van vroegere dorpen. Het witte Muscat is een lust voor het oog en gemakkelijk met een huurauto te bezoeken. De stad is gebouwd op rotsen (een lust voor het oog), wat vooral vanaf de zee goed zichtbaar is. Eeuwenlang is deze stad middelpunt geweest van oude culturen (handelsroutes van Oost naar West), van ‘verhalen uit 1001 nacht’ tot het huidige moderne Muscat waar je ook veel luxe treft. Meer dan 5000 jaar geschiedenis kenmerken Muscat met invloeden van de Perzen, Portugezen en Engelsen. In Muscat echter geen wolkenkrabbers, in tegenstelling tot de buren in Dubai en Abu Dhabi (Verenigde Arabische Emiraten). Wel mooie witte huizen die zelden hoger zijn dan vijf verdiepingen. Sultan Qaboos stelde het land pas in 1970 open voor toeristen en heeft Oman gemoderniseerd zonder de authenticiteit van het land uit het oog te verliezen. Goede infrastructuur, luxe hotels, welvaart voor de inwoners mét behoud van de oude tradities en culturen (te zien in de lemen dorpen, normen en waarden, souks, musea en architectuur). Fijn vertoeven dus in Muscat, waar je je gemakkelijk twee volle dagen kunt vermaken. De stad telt ongeveer 800.000 inwoners en is ingedeeld naar wijken, waarvan Masqat (oude stad), Muttrah en Ruwi de meest in het oog springende zijn. De volgende bezienswaardigheden mag je eigenlijk niet overslaan:

Masqat (oud Muscat)

• Het paleis van de sultan, Al Alam. Een lust voor het oog, kleurrijk  en volgens de huidige (minder sober) Arabische (Islamitische) architectuur standaarden vormgegeven. Al Alam is de belangrijkste van de zes koninklijke verblijven van sultan Qaboos in Muscat, Salalah en Sohar. Het is een flamboyant gebouw, daterend uit 1972. Helaas is dit paleis niet toegankelijk voor toeristen, al is de buitenkant al een bezoek waard. De omgeving van het paleis is erg mooi. De (overheids) gebouwen met vele gewelven, in tegenstelling tot het paleis in grijs/wit vormgegeven, vormen een mooi contrast met het kleurrijke paleis. Daarnaast zie je hier nog delen van de oude stadsmuren en forten uit vroegere tijden. De Portugese forten Jalali en Mirani, gebouwd op de rotsen, torenen hoog en stoer boven Oud Muscat uit.
• De kleine haven achter het paleis en de oude Portugese forten Jalali en Mirani. Minimaal een fotootje waard, al is nog leuker om naar binnen te gaan! Mirani fort ligt voor de mooie blauw betegelde Al Khor moskee, het fort Jalali ligt wat uit de route.
• Museum Bait Al Zubair. Een mooi gerestaureerd traditioneel 19e eeuws pand dat toont hoe de verschillende generaties van de familie Zubair hier samenleefden. Het museum huisvest een mooie collectie etnische voorwerpen, geborduurde kledij, juwelen en muziek instrumenten.
• Omani Frans museum en het Muscat Gate museum. Beide musea zijn niet al te uitbundig, maar wel leuk om kort te bezoeken. Ze vertellen over de geschiedenis van Muscat.

Muttrah

De bezienswaardigheid in Muttrah is de souk. Een geweldig spektakel en wirwar van straatjes waar je zo verdwaalt. De souk is ingedeeld naar waren, zoals de goudsouk en kruidensouk. Het is de plek om souvenirs te scoren, zoals de bekende kromme dolk (Khanjar). Mocht je voor kwaliteit gaan, hou dan rekening met een hogere prijs (en let dan op echtheid, onder andere tot uiting komend in gewicht). Verder vindt je hier de Corniche, de boulevard waarlangs de Omani de hele dag slenteren. Het is een heerlijke plek om de dag af te sluiten. Nabij de Fish Roundabout (westen van Muttrah) ligt het mooie Bait al Baranda, een interessant bezoekerscentrum gehuisvest in een traditioneel wit pand. Het is één van de beste musea van Muscat en geeft een compleet beeld van de geschiedenis van Oman (leuk voor de kinderen). Tenslotte mag je hier de vissouk niet missen, waar vooral ’s ochtendsvroeg de vers gevangen vis wordt verhandeld. Een leuke ervaring voor de kids!

Ruwi

 

Ruwi is het commerciële hart van Muscat. Belangrijkste bezienswaardigheid is de in 2001 geopende sultan Qaboos moskee, een prachtig vormgegeven (grijs/wit) gebouw. Moeilijk te beschrijven, je moet het gezien hebben (let op; schouders bedekken, vrouwen een hoofddoek)! Werkelijk prachtige tapijten, marmeren binnenplaatsen, enorme kroonluchters en Islamitische architectuur. Een lust voor het oog! Het is overigens de enige moskee in Oman die toegankelijk is voor niet-moslims. Bijzonder;  het tapijt in de grote gebedshal is de op één na grootste ter wereld en het duurde ruim vier jaar om deze te maken (door 400 vrouwelijke Iraanse wevers). Daarnaast is de enorme Swarovski kristallen kroonluchter in de gebedshal opmerkelijk; 60 bij 70 meter, ruim 21 ton zwaar en bestaande uit ruim 1,7 miljoen kristallen! Kortom; onvergetelijk. Verder is een bezoek aan de Souk Ruwi Street aan te raden en vind je in Ruwi een aantal musea die -als je tijd over hebt- een bezoekje waard zijn (Armed Forces Museum, Nationaal Museum en het Currency Museum). 

Sur

Op weg naar het schildpaddenstrand van Ras al Jinz kom je langs het plaatsje Sur, een uurtje of drie rijden van Muscat. Onderweg kan je Burks Sinkhole (gevormd door een onderaardse rivier), het vissersdorpje Tiwi (of Wadi Tiwi, prachtig!!)  en/of Fins Beach (picknicken!) bezoeken. Ook kom je langs Wadi Shab, ligt naast Wadi Tiwi (beide 50 kilometer west van Sur). Kustplaats Sur ligt uitgestrekt rond de lagune van Khor al Batha en is een mooie plaats om te bezoeken. In Sur worden nog op traditionele wijze de Dhow (westerse verzamelnaam voor bijzondere boten die werden ingezet voor vervoer, visvangst en parelvissen) boten gemaakt en het is mogelijk om een werkplaats te bezoeken. Vanuit Sur kan je een uitstapje maken (2 minuten met de veerpont) naar het dorpje Ayega. Daar wonen veel Dhow bouwers. Tenslotte heeft Sur een mooie souk met vele souvenirs, juwelen en parfums.

Ras Al Hadd en Ras al Jinz

Via Sur rijdt je naar Ras Al Hadd, waar je prima kunt overnachten om vervolgens óf ’s ochtendsvroeg óf ’s avondslaat schildpadden te zien op het strand van Ras al Jinz. Daar is een speciaal bezoekerscentrum gebouwd, waar je met gespecialiseerde gidsen het strand op gaat om de schildpadden hun eieren te zien leggen. Een heel bijzonder tafereel, misschien wel het hoogtepunt van de reis voor de kinderen! (reserveren noodzakelijk) Je kan zelfs het geluk hebben om de jongen uit de eieren te zien komen. Let wel; ga je, zoals ons, in februari dan is de kans op het zien van de schildpadden wel kleiner (buiten het seizoen).

Wadi Bani Khalid

Vanuit Ras Al Hadd voert de route, via weg 35,  het binnenland in langs prachtige landschappen (mét kamelen!) naar één van de mooiste wadi’s van Oman, Wadi Bani Khalid. Deze weelderig groene oase leent zich om in te zwemmen (doen!) en is een prima tussenstop indien je op weg bent naar Wahibi Sands.

Wahibi Sands

Reserveer vantevoren een overnachting in één van de tentenkampen in deze oogverblindende woestijn. Je wordt dan door één van de gidsen van het kamp opgehaald op een nader af te spreken plek. De gids haalt een beetje lucht uit je banden, zodat je goed door het zand kan rijden. Vervolgens rij je achter de gids aan (gaaf!!) door de woestijn, vooral erg leuk wanneer je de hoge duinen moet oversteken! Er zijn meerdere tentenkampen, variërend van basic tot luxe. Hoedanook, het is een hele gave ervaring voor je hele gezin. ‘S ochtends vroeg wakker worden om lekker de hoge zandduinen te beklimmen om er direct weer vanaf te glijden. Eén groot feest! In de woestijn kan je een traditionele bedoeïenen familie bezoeken of de nationale sport ‘dune bashing’ beoefenen.

Ibra

Ben je in de buurt van Ibra? Rij dan niet door! Hier wordt elke woensdag de vrouwen souk gehouden, in een overdekte ruimte. Ook wel hareem genoemd, is deze souk alleen toegankelijk voor vrouwelijke kopers en verkoopsters (en toeristen!). Een geweldige ervaring! Vrouwen in traditionele kledij verkopen allerhande waren zoals parfums, gedroogde bezems, sjaals, baby outfits, wierook en medicijnen. Naast deze souk heeft Ibra ook een aantrekkelijke souk waar mannen én vrouwen welkom zijn. Daarnaast vindt je in Ibra nog mooie lemen huizen, die een inkijk geven hoe vroeger geleefd werd.

Sinaw

Ook een plaatsje dat je niet mag missen (als je tijd hebt)  is Sinaw, ten westen van Ibra. De kleurrijke souk is een bezoekje meer dan waard, je treft daar ook vele bedoeienen die hun waar hier verkopen. Vooral de markten op donderdag- en vrijdagochtend zijn een sfeerrijk en boeiend spektakel. In Sinaw liggen ook overblijfselen uit de pre-islamitische tijd; uit opgravingen blijkt dat er een oude islamitische stad was met vijf wijken met woonhuizen, wachttorens, winkels, kleurrijke markten en moskeeën.

Al Hamra en de bergen Jebal Akhbar en Jebal Shams

 

Al Hamra ligt aan de voet van het Hajar gebergte (een ruggegraat van noord naar zuid Oman) met de plaatselijke Jebal Akhdar (‘groene berg’) en Jebal Shams (‘berg van de zon’, met 3000 meter de hoogste van Oman) als hoogste toppen. In Al Hamra bevindt zich de toegangsweg tot beide bergen, een werkelijk prachtige bergrit met mooie vergezichten. Het plaatsje Al Hamra is bekend om zijn gave geitenmarkt (op de donderdag ochtend), een mooi en minder toeristisch alternatief voor de geitenmarkt van Nizwa. Daarnaast heeft Al Hamra een mooie Oase waar je heerlijk kunt wandelen én Al Hamra heeft nog prachtige 300 jaar oude modder- en palmhuizen (mag je niet missen) waar nog steeds mensen wonen. 

Misfah

Misfah ligt dicht bij Al Hamra en is een oud dorpje in de bergen waar je terug in de tijd gaat. Hier kan je het ‘falaj’ watersysteem van nabij aanschouwen, een ingenieus irrigatiesysteem dat het water uit de bergen naar de palmen oase in de vallei brengt. Op deze manier worden alle dorpen in Oman van water voorzien. In Misfah kan je een bezoek brengen bij een familie voor een kop koffie en een kijkje in hun huis.

Bahla

Bahla ligt op de weg naar Al Hamra en is bekend om zijn prachtige grote fort (wereld erfgoed). Ooit bekend vanwege zijn zware magie is het dorp nu beroemd om zijn Arabische aardewerk en vele pottenbakkers, die je kan bezoeken. Op slechts 5 kilometer van Bahla ligt het Jabrin fort, één van de mooiste forten van Oman qua architectuur. De inrichting, heel mooi gedetailleerd gedecoreerd, is oogverblindend.

Nizwa

Zorg dat je op vrijdag in Nizwa bent en bezoek de geitenmarkt! Een eeuwenoude traditie van de plaatselijke bevolking, die geiten verhandelen in lokale klederdracht. Het hoofddeksel ‘kumah’ dient dan vaak als portemonnee. Toeristen zijn welkom, kom wel vroeg! Verder heeft Nizwa een prachtige oude kern, met een prachtig groot rond fort (uit 1660, één van de oudste van Oman) en allerhande oude gebouwen die tegenwoordig dienstdoen als markthal of winkel. Nizwa is van oudsher een belangrijk centrum voor de traditionele zilversmeedkunst, je vindt er dan ook vele zilversmeden. Vanaf het fort heb je een mooi uitzicht over de stad.

 

Wadi Bani Awf ‘grand canyon’

Deze ‘grand canyon van Oman’ is spectaculair en geeft geweldige vergezichten op de Hajar bergen. Ongeveer 40 kilometer langs is het de enige noord-zuid route over deze bergen naar het mooie dorpje Balad Sayt. Let wel; naar boven gaat nog over een geasfalteerde weg, naar beneden rij je over een onverharde weg, bijzonder spectaculair! In deze omgeving kan je ook wandelen naar ‘snake canyon’. Tenslotte kan je via deze weg het prachtige Nakhal fort bezoeken. Om de hele wadi te zien heb je een dag (of twee) nodig en een 4WD!

Rustaq lus; Nakhal, Rustaq en Al-Hazm via wadi Bani Awf

Een mooie dagexcursie vanuit Muscat is een trip naar de lemen forten van Nakhal, Rustaq en Al-Hazm, gelegen aan de voet van de Hajar bergen aan de noordkust. De mooie weg (133 kilometer) is als het ware een lus langs de drie vestingen. De route begint en eindigt aan As Seeb Street, de verbindingsweg tussen Muscat en Sohar. Een mooi alternatief is een tocht met een 4WD door de wadi’s, bijvoorbeeld de wadi Bani Awf! (vraag ter plekke naar de mogelijkheden) De mooie tocht is als het ware een lus rond het dorp Rustaq. Via het dorpje Muslimat bereik je het hoog op een rotsheuvel gelegen Nakhal fort, wellicht één van de mooiste van Oman (3e – 7e eeuw na Christus). De mooie weg van Nakhal naar Rustaq voert je langs een mooi vervallen fort, waar de 30 kilometer lange rit door de wadi Bani Kharous start (koop een off the road map!). De tocht over onverharde wegen biedt prachtige uitzichten, ongeveer 43 kilometer ten westen van Nakhal, 7 kilometer voorbij Awabi, ligt de toegang tot wadi Bani Awf. Voor die tocht heb je echt een 4wd (terreinwagen) nodig. De eerste 10 kilometer loopt door een smalle kloof om na ongeveer 14 kilometer een splitsing te bereiken. Daar ga je rechtsaf op weg naar Wadi Sahtan. Links heb je een afslag met als eindpunt na ongeveer 15 kilometer het prachtig gelegen dorpje Bilad Sayt. Het is mogelijk om met een goede terreinwagen (vraag ter plekke) de doorsteek te maken van Rustaq via wadi Bani Awf, dwars door het Hajar gebergte, naar Al Hamra en verder naar Nizwa. Gedetailleerde beschrijvingen vind je in off roadgidsen, zoals ‘off road in the sultanate of Oman’.

Overigens is Rustaq zelf ook een bezoekje waard. Niet alleen vind je hier één van Oman’s mooiste en immense forten (Qalat al Qesra), ook Rustaq (Perzisch voor ‘grensgebied’) zelf staat bol van de historie. Als één van de grootste oases (dadelpalmen gevoed door de irrigatiekanaaltjes) was dit dorp / stad door zijn strategische ligging meermaals de hoofdstad van Oman. Binnen de muren van het enorme fort vind je een Koran school, voorraadruimten, een moskee, bibliotheek, militaire kwartieren en mooi beschilderde privé vertrekken). Op circa 20 kilometer van Rustaq ligt het plaatsje Al Hazm, eveneens met een mooi gerestaureerd fort.

Vlakbij Muscat ligt het oase dorpje Fanja (aan snelweg 15) bestaande uit een oud en nieuw deel, temidden van een mooie dadelpalm oase. In het nieuwe deel ligt een leuke kleurrijke markt, in het oude deel kan je een mooie wandeling maken naar het vervallen fort op de berg voor een mooi uitzicht over de dadelpalm oase.

Salalah

Salalah is de hoofdstad van de meest zuidelijke provincie Dhofar. Het tropische Salalah vormt met haar kokospalmen, papaya bomen en bananen bomen een groot contrast met het noorden van Oman. De stad heeft uitgestrekte parelwitte stranden én mooie oude ruïnes van Al Banid of van het paleis van de koningin van Sheba.

 

Dhofar

In Dhofar bevinden zich nog veel Boswellia bomen. De hars van deze bomen wordt gebruikt voor de productie van wierook. Al 7000 jaar worden de bomen ‘afgetapt’ en geëxporteerd wat in de Middeleeuwen tot grote rijkdom leidde. De oogst vindt in mei en juni plaats, maar de grote wierookmarkt (bezoeken als je er bent!) wordt in september gehouden. Eeuwen geleden leidde de wierook route vanuit het zuiden van Oman tot aan het hof van de Egyptische koningin van Sheba en zorgde voor grote welvaart. Wie deze werelderfgoed route volgt gaat op reis door het verleden langs de wierook bomen van Wadi Dawkah en de eeuwenoude archeologische vindplaatsen van Shisr Khor Rori / Sumhuram en Al Baheed.

In Dhofar kan je een bezoek brengen aan de ‘verzonken stad Ubar’ (‘verzwolgen door het zand’). Ubar was ooit een belangrijke handelspost voor de passerende wierook karavanen. De stad verdiende veel geld door het vragen van tol en het beschikbaar stellen van water. Ubar, ooit door Marco Polo ‘het paradijs’ genoemd, kan met een gids worden bezocht. Verder heeft Dhofar prachtige witte zandstranden, met voor de kust vele te ontdekken kleine eilandjes. Tenslotte kan je hier geweldig duiken. Kortom; een ideale plek om je reis door Oman af te sluiten. Let wel; wil je heel Oman bezoeken, trek dan minimaal twee weken daarvoor uit. Wij waren één week in Oman, wat te kort was om deze regio (en Musandam) te bezoeken.

Het noorden van Oman, Musandam

Het noorden van Oman wordt ook wel het ‘Noorwegen van Arabië’ genoemd door zijn natuurlijke gelijkenis. Diepe fjorden, hoge bergtoppen (de hoogste 2087 meter), steile bergen en schitterende natuur. Het schiereiland Musandam met een kustlijn van zo’n 650 kilometer laat zich mooi vanaf het water verkennen! De kleine fjorden herbergen talrijke vissersdorpjes, het aantal inwoners van Musandam wordt geschat op 27.000, waarvan er 18.000 in de hoofdstad Khasab wonen. Het best bereikbaar is Musandam per vliegtuig, vanuit Muscat zijn er dagelijks vluchten naar Khasab. Mocht je deze (geïsoleerde) streek willen bezoeken informeer dan vantevoren naar de opties, aangezien het gebied zich lastig met een auto laat verkennen. Een leuke dagexcursie is in ieder geval een dhow boottocht langs de mooie fjordenkust van Khor Shimm, je bezoekt dan ook een aantal vissersdorpjes.